Sommige vachten zijn zo mooi ‘schoon’ dat ik ze gelijk op de kaardemolen bewerk. De kaardemolen zorgt er voor dat alle wolvezels in dezelfde richting komen te liggen, dat spint makkelijker. Als je een “vuile’ vacht kaard zit er nog veel wolvet in de wol, dat spint makkelijker. De gesponnen strengen was ik dan na het spinnen. Maar niet iedereen vind het even fris om met vuile wol te spinnen en het ruikt ook wat sterker.
Sommige vachten zijn meer vervuild, die was ik in een teil met handwarm water en een handje soda of een scheutje afwasmiddel, ik laat ze zo een nachtje staan en spoel ze de volgende dag uit en laat de wol in de zon drogen, dan kan ze alsnog op de kaardemolen.
De gekaarde bads, zijn als basis geschikt om te spinnen, maar ook om te gebruiken voor het vilten.